Definitie : interieur
interieur
in|te|ri|eur
het -woord
interieur : uitleg
Interieur is het geheel van de inrichting van een ruimte, waaronder meubels, kleuren, materialen en accessoires. Het is bedoeld om een bepaalde sfeer te creƫren en om de functionaliteit van de ruimte te verbeteren.
interieur
Type: zelfstandig naamwoord
Verkleinwoord enkelvoud: interieurtje
Verkleinwoord meervoud: interieurtjes
Enkelvoud: interieur
Meervoud: interieurs
- Synoniem van interieur: binnenhuis
- Synoniem van interieur: binnenwerk
- Synoniem van interieur: inrichting
- Synoniem van interieur: vulling
- Synoniem van interieur: binnenhuisje
Gerelateerde woorden
- Interieurkunst (1x)
- Interieurverzorger (1x)
Voorbeelden
- interieur: Binnenhuisje
- interieur: Innerlijk
- interieur: Interieurkunst
- interieur: Interieurverzorger
- interieur: Inwendige
- interieur: Meubilair
- interieur: Meubilering