Definitie : afjakkeren
afjakkeren
af|jak|ke|ren
afjakkeren : uitleg
afjakkeren: 1. (informeel) uitputten, uitgeput raken 2. (informeel) vermoeid zijn, moe zijn 3. (informeel) een slechte dag hebben
afjakkeren
Type: werkwoord
Voorbeelden
- afjakkeren: Afmatten
- afjakkeren: Voortjagen