Definitie : afgezonderd
afgezonderd
af|ge|zon|derd
afgezonderd : uitleg
1. niet in een groep of verzameling; alleen: * Een afgezonderd huisje in het bos. * Een afgezonderd geval. * Hij is afgezonderd van de rest van de familie. 2. niet met andere dingen gemengd: * Een afgezonderde plek in het bos. * Een afgezonderde fles wijn.
afgezonderd
- Synoniem van afgezonderd: afzonderlijk
- Synoniem van afgezonderd: alleenstaand
- Synoniem van afgezonderd: apart
- Synoniem van afgezonderd: bedeesd
- Synoniem van afgezonderd: bijzonder
- Synoniem van afgezonderd: desolaat
- Synoniem van afgezonderd: eenzaam
- Synoniem van afgezonderd: los
- Synoniem van afgezonderd: verlaten
- Synoniem van afgezonderd: zedig