Definitie : achteruitgaan
achteruitgaan
ach|ter|uit|gaan
achteruitgaan : uitleg
achteruitgaan (ww): 1. minder goed worden: zijn toestand gaat achteruit 2. achteruitkomen: ze komt steeds meer achteruit 3. (figuurlijk) terugkeren: de tijd gaat achteruit
achteruitgaan
Type: werkwoord
- Synoniem van achteruitgaan: achteruitdeinzen
- Synoniem van achteruitgaan: achteruitlopen
- Synoniem van achteruitgaan: afbrokkelen
- Synoniem van achteruitgaan: afnemen
- Synoniem van achteruitgaan: bezwijken
- Synoniem van achteruitgaan: declineren
- Synoniem van achteruitgaan: degenereren
- Synoniem van achteruitgaan: instorten
- Synoniem van achteruitgaan: minworden
- Synoniem van achteruitgaan: ontaarden
- Synoniem van achteruitgaan: tenondergaan
- Synoniem van achteruitgaan: terugdeinzen
- Synoniem van achteruitgaan: teruggaan
- Synoniem van achteruitgaan: terugschrikken
- Synoniem van achteruitgaan: terugwijken
- Synoniem van achteruitgaan: verderven
- Synoniem van achteruitgaan: vergaan
- Synoniem van achteruitgaan: verrotten
- Synoniem van achteruitgaan: verteren
- Synoniem van achteruitgaan: verworden
- Synoniem van achteruitgaan: wegrotten
- Synoniem van achteruitgaan: zinken
- Synoniem van achteruitgaan: verslechteren
Voorbeelden
- achteruitgaan: Deinzen
- achteruitgaan: Ebben
- achteruitgaan: Geerten
- achteruitgaan: Minworden
- achteruitgaan: Retrograderen
- achteruitgaan: Tenondergaan
- achteruitgaan: Verlopen
- achteruitgaan: Vervallen
- achteruitgaan: Zinken