Definitie : uitsteeksel
uitsteeksel
uit|steek|sel
het -woord
uitsteeksel : uitleg
Een uitsteeksel is een deel van een object dat naar buiten steekt of uitsteekt. Het kan een natuurlijk voorkomend deel van het object zijn, zoals een tak op een boom, of het kan iets zijn dat aan het object is toegevoegd, zoals een handgreep op een kast.
uitsteeksel
Type: zelfstandig naamwoord
Verkleinwoord enkelvoud: uitsteekseltje
Verkleinwoord meervoud: uitsteekseltjes
Voorbeelden
- uitsteeksel: Afzegging
- uitsteeksel: Arkel
- uitsteeksel: Doorn
- uitsteeksel: Hoorn
- uitsteeksel: Kalkoen
- uitsteeksel: Kam
- uitsteeksel: Lipje
- uitsteeksel: Lossing
- uitsteeksel: Nis
- uitsteeksel: Nok
- uitsteeksel: Punt
- uitsteeksel: Rand
- uitsteeksel: Spina
- uitsteeksel: Spriet
- uitsteeksel: Stip
- uitsteeksel: Tand
- uitsteeksel: Tip
- uitsteeksel: Tong