Definitie : roofvogel
roofvogel
roof|vo|gel
de -woord (mannelijk)
roofvogel : uitleg
Roofvogel is een benaming voor een groep vogels die voornamelijk prooidieren zoals kleine zoogdieren, reptielen, amfibieƫn en insecten eten. Ze hebben meestal scherpe snavels en klauwen waarmee ze hun prooi kunnen grijpen. Sommige roofvogels jagen ook op andere vogels.
roofvogel
Type: zelfstandig naamwoord
Verkleinwoord enkelvoud: roofvogeltje
Verkleinwoord meervoud: roofvogeltjes
Enkelvoud: roofvogel
Meervoud: roofvogels
Gerelateerde woorden
Voorbeelden
- roofvogel: Adelaar
- roofvogel: Arend
- roofvogel: Arendbuizerd
- roofvogel: Arendgier
- roofvogel: Arenduil
- roofvogel: Avondvalk
- roofvogel: Baardgier
- roofvogel: Dwergvalk
- roofvogel: Edelvalk
- roofvogel: Geelkop
- roofvogel: Gier
- roofvogel: Gierarend
- roofvogel: Gierhavik
- roofvogel: Grijpvogel
- roofvogel: Kamgier
- roofvogel: Keizerarend
- roofvogel: Keizersarend
- roofvogel: Klauwier
- roofvogel: Milaan
- roofvogel: Monnikgier
- roofvogel: Muizerd
- roofvogel: Oehoe
- roofvogel: Oeloe
- roofvogel: Patrijsvalk
- roofvogel: Roofvalk
- roofvogel: Rotsvalk
- roofvogel: Skua
- roofvogel: Slangenbuizerd
- roofvogel: Steenarend
- roofvogel: Steenvalk
- roofvogel: Torenuil
- roofvogel: Uil
- roofvogel: Uilvalk
- roofvogel: Valk
- roofvogel: Velduil
- roofvogel: Visarend
- roofvogel: Visuil
- roofvogel: Wespendief
- roofvogel: Wouw
- roofvogel: Zeeadelaar