• A · 
  • B · 
  • C · 
  • D · 
  • E · 
  • F · 
  • G · 
  • H · 
  • I · 
  • J · 
  • K · 
  • L · 
  • M · 
  • N · 
  • O · 
  • P · 
  • Q · 
  • R · 
  • S · 
  • T · 
  • U · 
  • V · 
  • W · 
  • X · 
  • Y · 
  • Z · 
  • #

Betekenis - kanselwelsprekendheid

Definitie : kanselwelsprekendheid

kanselwelsprekendheid

kan|sel|wel|spre|kend|heid
de -woord (vrouwelijk)


kanselwelsprekendheid : uitleg

Kanselwelsprekendheid is de vaardigheid om in een kerkdienst of andere religieuze bijeenkomst een toespraak te houden die aansluit bij de leer van de kerk en die inspirerend, informatief en verheffend is.

kanselwelsprekendheid

Type: zelfstandig naamwoord
Verkleinwoord enkelvoud: kanselwelsprekendheidje
Verkleinwoord meervoud: kanselwelsprekendheidjes
Enkelvoud: kanselwelsprekendheid
Meervoud: kanselwelsprekendheden

Advertenties rondom woord kanselwelsprekendheid